Nieuw jaar

Vanaf deze plaats wil ik alle lezers van de nieuwsbrief een voorspoedig en bovenal gezond 2012 toewensen.

Als ik deze nieuwsbrief schrijf staan we al weer op de drempel van het nieuwe jaar. Het jaar dat achter ons ligt is weer om gevlogen. Veel mensen lijken te ‘klagen' dat de tijd steeds sneller gaat. Iets wat ik tijdens de drukte de afgelopen maanden, bijna zou gaan beamen. De laatste maanden waren weer voor de lezingen, beurzen en forums. Tijdens die bijeenkomsten valt op dat er, gelet op de reacties, nog genoeg mensen zijn die een andere interpretatie geven aan de ‘natuurlijke begeleiding' van de duivensport. De duivenmelkers die de kliniek bezoeken zijn doorgaans die liefhebbers die de filosofie betreffende de begeleiding van de duivensport, zoals ik die voor sta, wel kennen. Op de beurzen enzovoort zijn er nog genoeg liefhebbers die met de vraag komen wat die vorm van begeleiding dan nu precies inhoudt. Dan realiseer jezelf ineens weer dat er de afgelopen jaren al veel verandert is, maar dat er toch nog veel onduidelijkheid blijft bestaan. Menigeen denkt dat ondergetekende louter en alleen natuurlijke producten gebruikt om de duiven gezond te houden. Dat is echter niet het geval. Ik maak wel degelijk gebruik van geneesmiddelen als de duiven ziek zijn. Wat wel waar is, is dat ik probeer het gebruik van medicatie te beperken. Zo zou het gebruik van medicatie buiten het vliegseizoen, mijns inziens, niet of nauwelijks nodig moeten zijn. Belangrijk daarbij is natuurlijk ook onderscheid te maken in het spelsoort wat men speelt. Immers tijdens fondvluchten is het zeker ook mogelijk om nagenoeg zonder medicatie fantastische resultaten neer te zetten. Bij de doorsnee programmaspelers is dat (nog) niet mogelijk. Maar toch liggen ook hier nog mogelijkheden voor het oprapen. Zelfs bij de jongen is op dit gebied veel mogelijk. Men dient dan alleen verder te willen kijken dan de neus lang is.

Het is natuurlijk zonneklaar dat als de duiven ziek zijn we ons maar wat gelukkig mogen prijzen als we antibiotica tot onze beschikking hebben die de dieren kan helpen bij het overwinnen van de infectie. Natuurlijk dient in die gevallen adequaat en doortastend te worden opgetreden. Daarnaast is het verstandig om goed te bekijken of het uitbreken van een infecties niet te wijten valt aan een gebrekkige weerstand van de duiven. Een ondermijning van de weerstand die de duiven bevattelijker maakt voor infecties van allerlei aard. Als we als dierenartsen de behandeling louter en alleen beperken tot het verstrekken van antibiotica met als achterliggende gedachte ‘op hoop van zegen', dan zijn we mijns inziens verkeerd bezig. Immers op die manier kunnen we er haast vergif op innemen dat we de liefhebber binnen de kortste keren weer terug zien voor een nieuwe kuur omdat er weer een (andere?) infectie is uitgebroken. Het verzuimen van het geven van goede adviezen om herhaling te voorkomen, dan wel het niet geven van adviezen hoe de weerstand van de duiven op een hoger plan te brengen is dan te beschouwen als een volstrekt onvoldoende diergeneeskundig handelen.


 

Wat maar gezegd wil zijn is dat in geval van ziekte doeltreffend en krachtig ingegrepen dient te worden, maar dat daarnaast herhaling voorkomen dient te worden. En wat dat laatste betreft zijn er mogelijkheden op het natuurlijke vlak (Natuurlijke ondersteuning in combinatie met zoötechnische maatregelen). De praktijk leert dat het mogelijk is de duiven zodanig te ondersteunen dat ze minder bevattelijk worden voor infecties. Op deze manier wordt het ook mogelijk op termijn beter te selecteren. Immers de chronisch zwakke broeders worden op die manier niet voortdurend aan de praat gehouden met medicatie. Op die manier kan ook de infectiedruk op het hok dalen. De ziekte-uitbraken nemen zo af. Daardoor wordt de behoefte aan antibiotische middelen kleiner.

"Het beste ‘geneesmiddel' is en blijft selectie"

Het is ook niet meer van deze tijd op louter voer en water te willen presteren. De duivensport is topsport geworden. Te veel aan het toeval over willen laten is een zekere garantie voor luchtstaren. Vanzelfsprekend moet men op de eerste plaatsgoede duiven hebben, men moet een goede liefhebber zijn die zijn ogen gebruikt, consequent is en zijn luimen niet naar de waan van de dag laat hangen. In de winter worden de prijzen van het volgende seizoen behaald. Maar ook tijdens het vliegseizoen is verstand gebruiken van groot belang. Voedingssupplementen verstrekken kan zijn nut hebben. Dat is bewezen. Maar het heeft alleen nut als men het geven van supplementen koppelt aan een gedegen trainingsprogramma voor de duiven en consequent handelen.

Het achterwege laten van dat laatste is voor mij altijd een van de redenen geweest om geen schema's te maken voor het vliegseizoen. Ik blijf van mening dat ieder hok anders is en dat eenheidsworsten niet bestaan. Dat ik nu toch overstag ben gegaan en een richtsnoer ben gaan opstellen voor het vliegseizoen hinkt op twee gedachten. Enerzijds kan een ieder zijn voordeel er mee doen als men daarbij een gedegen trainingsopbouw niet achterwege laat. Anderzijds is zo inzichtelijk te maken dat men echt niet iedere dag het water hoeft te ‘kleuren'.

In de komende tijd zal ik in de nieuwsbrieven de in de duivensport veel voorkomende ziekten de revue laten passeren waarbij aandacht zal worden besteed aan de nieuwste inzichten en ontwikkelingen.

Vooruitlopend op de komende nieuwsbrieven is het misschien goed om een overzicht te geven van de verschillende groepen van infecties die de duiven kunnen belasten.

  1. Bacteriële infecties (bijv. Paratyfus, Streptokokken)
  2. Virale aandoeningen (bijv. Paramyxo, Herpes)
  3. Protozoaire aandoeningen (bijv. Coccidiose en Trichomoniasis)
  4. Ectoparasieten ( bijv. luizen en mijten)
  5. Endoparasieten (bijv. spoelwormen en lintwormen)

Het lijkt misschien overbodig deze verdeling te maken maar menigeen verkeert in de overtuiging dat men met antibiotica ook virusinfecties kan bestrijden. Dit is een grote misvatting waar we geregeld tegenaan lopen. Alleen de bijkomstige bacterie-infecties bij virussen kan men met antibiotica bestrijden de virussen zelf dus niet.

Verder is het een gegeven dat voor de bestrijding van protozoaire infecties als het Geel slechts een beperkt aantal medicijnen beschikbaar is. Deze behoren verder ook nog eens allemaal tot dezelfde categorie (Imidazolverbindingen) zodat resistentie tegen het ene middel al snel leidt tot resistentie tegen de andere middelen. In geval van een geelbesmetting wordt het dan ook steeds belangrijker

De infecties grondig aan te pakken en niet de toevlucht te zoeken tot korte, nietszeggende kuurtjes.


Succes

Peter Boskamp